Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Ook zal ik mij nog geringer houden dan alzo, en zal nederig zijn in mijn ogen, en met de dienstmaagden, waarvan gij gezegd hebt, [51]met dezelve zal ik verheerlijkt worden. 51. Achtende het mij geen schande [gelijk gij meent] maar een eer te zijn voor God, wanneer ik hem ook met de allerminsten zijns volks vereer, en mij in die delen aan hen gelijk stel.